Werkgever werkt verstoorde arbeidsverhouding in de hand en betaalt billijke vergoeding

De casus
Een werknemer raakt kort na het einde van zijn proeftijd arbeidsongeschikt. Gedurende de arbeidsongeschiktheid meldt de werknemer dat zijn arbeidsongeschiktheid ook gedeeltelijk werkgerelateerd is. Gedurende het verzuim worden zowel door de werkgever als de werknemer berichten geschreven die problemen in de werksfeer verduidelijken. Er wordt een plan van aanpak ondertekend.  Kort daarna ontvangt de werknemer in korte tijd twee berichten waarin de werkgever ernstige twijfels uitspreekt richting de werknemer. De werkgever dringt aan op mediation, maar die wordt afgebroken zonder resultaat. De werkgever vraagt ontbinding wegens een verstoorde arbeidsverhouding.
De kantonrechter wijst het ontbindingsverzoek toe, maar een door de werknemer gevraagde billijke vergoeding wordt afgewezen. Hiertegen gaat de werknemer in beroep.

Het Oordeel
Het Gerechtshof Arnhem oordeelt op 27 maart 2023 dat de werknemer wel een billijke vergoeding krijgt. De werkgever heeft met twee mailberichten en met het handelen in de periode daarna, de werkrelatie onnodig en zonder reden op scherp gezet. Daarmee is een verstoorde arbeidsverhouding in de hand gewerkt. Dit is de werkgever ernstig te verwijten.
Voor de bepaling van de billijke vergoeding sluit het Hof aan bij de verwachte periode voor herstel, waarna het dienstverband volgens het Hof waarschijnlijk toch wel op korte termijn zou zijn geëindigd.

Advies arbeidsrecht: Verstoorde arbeidsverhouding  – billijke vergoeding  – ernstig verwijt
Vindplaats: ECLI:NL:GHARL:2023:2609